Talententeam heeft tijd nodig om te groeien

Voor de huidige generatie topvolleybalsters komt het WK dat in september en oktober in eigen land wordt gespeeld, op een ongeschikt moment. En daarmee ook voor de Nevobo. In een tijd dat Oranje een geducht tegenstander was en internationaal gezien bij de wereldtop hoorde, was de vreugde bij de volleybalbond groot toen de organisatie van het WK werd binnengehaald. Terecht ook, want dat zou zo maar eens een sportief en financieel succes kunnen worden.

Niemand had toen, in 2019, kunnen vermoeden dat supersterren als Lonneke Sloetjes, Robin de Kruijf en Yvon Beliën al vóór dat WK zouden afhaken bij Oranje. En dus moest, met aan andere bondscoach en een legertje talentvolle speelsters, een nieuwe start worden gemaakt. Even zag het er zelfs naar uit dat ook Celeste Plak het topvolleybal als een te zware last ervaarde. Zij hervond haar motivatie en draait weer volop mee.

De eerste twee rondes van de Volleybal Nations League (VNL) sloot Oranje af met slechts één overwinning. Zeven keer werd verloren. Dat leverde in volleyballand wat mokkende reacties op. Want hoe moest dat nou verder, met het WK over iets minder dan 100 dagen?

Basis

Als we de feiten onder ogen zien, moeten we vaststellen dat Oranje op het internationale podium van de VNL  aantreedt met maar één basisspeelsters (Anne Buijs) uit de gouden periode, die begon in 2015 met een zilveren medaille op het EK. In de eerste ronde in Turkije was zelfs ook Buijs (inmiddels als aanvoerster de opvolgster van Maret Grothues) er niet bij. Speelsters als Britt Bongaerts, Celeste Plak, Juliët Lohuis, Eline Timmerman en Nika Daalderop zaten in die gouden periode wel bij de selectie, speelden ook regelmatig, maar een basisplaats hadden ze nog niet.  Hetzelfde geldt eigenlijk voor libero Myrthe Schoot, omdat Kirsten Knip toch meestal de eerste keus was van de vorige bondscoaches. En spelverdeelster Laura Dijkema was vrijwel altijd verzekerd van een basisplaats, maar begint nu steeds op de bank.

Wie de ontwikkeling ziet van nieuwkomers als Ellis Dambrink, Jolien Knollema, Fleur Savelkoel, Indy Baijens, Florien Reesink en Sarah van Aalen kan niet anders dan vertrouwen hebben in de toekomst van het Nederlandse vrouwenvolleybal. Aangevuld met Buijs, Plak, Daalderop, Lohuis, Timmerman, Dijkema en Marrit Jasper staat daar toch weer een team waarvan we in de fase na het WK weer veel moois mogen verwachten..